woensdag 23 oktober 2013

Het verhaal van de schapenvacht

Mijn beste vakanties als scholier waren de voorjaarsvakanties. Die waren ergens in maart, wanneer het weer neer begon warm te worden. Het bos was net groen begonnen te worden, de zon was niet te sterk. Bij mijn oma en opa waren deze de tijden waarop de schapen nog niet buiten het huis zijn vertrokken naar de kudde toe. In de winter en lente moesten ze dagelijks om de beurt door een familie vroeg verzameld worden en naar het bos toegebracht. Hoe dan ook, was het zo dat onze beurt altijd tijdens mijn vakantie was. Geluk voor ons: voor mij en mijn 4 jaar oudere oom. We waren de mannen des huis en we moesten voor alle dorpsschapen voor een dag zorgen: we waren voor een dag de dorps herders!!

Eind van de dag waren de schapen net zo moe zoals wij waren. Altijd aan het rennen, weinig stil staan, hadden de arme beesten geen tijd om rustig te grazen; de hele dag waren we achter hun kont. Af en toe hadden we zin in iets anders doen: bij voorbeeld van een stokje populier een fluit maken, of iets in hout graveren. Maar we hebben ook bijzondere momenten gehad met schapen die een nieuw lam kregen; terug naar huis waren we heel trots op onze nieuwe “aanwinst”!

Een van deze avonden ben ik gaan kijken op Uitzendinggemist voor bijzonderheden. Onder mijn ogen is het programma De Wandeling verschenen. Een jonge dame, Daphne, was in gesprek met de presentator. Ze heeft op kunstacademie gezeten en later… herder geworden. Iedere dag met haar hond Sam, haar alpha-schaap Spiky en de andere schapen rondjes draaien in de natuur om de schapen met hun dagelijkse grazen rustig te laten. Ze is gelukkig omdat ze dichtbij de natuur staat.

Nadat ik deze aflevering heb bekeken, heb ik besloten om… een schapenvacht te kopen. Over twee dagen was hij binnen… en wat een heerlijk geur!! Nu kan ik wanneer ik maar wil, terug in de tijd door mijn eigen bos, met mijn eigen schaap, wandelen.

woensdag 16 oktober 2013

Aantal fietsen in Amsterdam in 10 jaar tijd

In de wijkkrant stond niet zo lang geleden het volgende bericht:

“Centrum minder aantrekkelijk: Het aantal fietsers dat de Singelgracht passeert steeg tussen 2001 en 2009 met 56.220, een toename van 52%. Het aantal bromfietsen verdubbelde ruim, van 7.467 naar 16.857.”

Als je dit leest, het klinkt alsof iemand daar op straat het hele jaar dag in / dag uit stond met een teller ernaast. Iedere keer een fiets bij: klik!, nog een fiets: klik! En dat 56.220 keer!!! Grote nauwkeurigheid, chapeau! Eind van de dag is de “journalist” ook blij omdat hij ons heeft verteld dat het aantal fietsen met 52% is toegenomen. Viva de 21e eeuw journalistiek!!

Mijn systeem is beter!!

Ik hoorde enkele keren: “Jij bent in de laatste tijd tegen de Nederlanders.” En dat is zeker niet zo. Het is waar dat ik een weerstand begin te bouwen tegen mensen (dus niet volken) die denken dat hun systeem beter is dan andermans systeem. Met andere woorden: “We weten het beter, zo moeten jullie doen!” Dat is denken alleen van jouw perspectief, zonder dat je rekening houd met de specifieke details die een invloed hebben gehad op de andere. Ik kan zelf enkele voorbeelden bedenken, maar ik ga een levende lijst opstellen met wat anderen hierover hebben gezegd:

(1) NRC, 24 aug, Youp: Over nieuws gesproken: ik las nergens wat ik van een aantal vrienden hoorde. Op Lowlands danste een meute van een kleine 55.000 mensen die allemaal vrolijk uit de snoeppot hadden genomen. Er werd ook veel gedronken. Heel veel. En wat doe je als je glas leeg is? Dan laat je het vallen. Op die glazen zat statiegeld. Voor elf glazen kreeg je twee euro zestig. Dus wat gebeurde? Op de dansvloeren kropen tientallen Roemenen, die als gekken plastic bekers verzamelden en inruilden. Ze werden de Ruimenen genoemd. Een vriend van mij zag twee Roemenen twaalfhonderd euro cashen. Dat zijn veel bekers. Dan heb je hard en slim gewerkt. Prachtig beeld: onze gedrogeerde jeugd die alles ongeïnteresseerd en nonchalant op de grond laat flikkeren en Roemenen die de boel heel snel opruimen. Dat vind ik nou mooi nieuws. Voor we ze weer massaal van zakkenrollerij beschuldigen. Daar schijnen ze trouwens wel heel goed in te zijn.

(2) NRC, 5 okt: Cabaretier Herman Finkers zei het zo mooi: "Die buitenlanders zijn te lui om te werken en nu komen ze onze banen inpikken." Twee tegenovergestelde beweringen die vaak worden geroepen. In tijden van crisis is voor zulke nare kreten een voedingsbodem. Als we praten over buitenlanders, valt ook snel het woord "tolerantie". Ik tolereer dat jij anders mag zijn dan ik. Dat is arrogant, toch? Wie ben ik om iets goed te vinden? Gelijkwaardigheid, daarover moet het gaan.

(3) NRC, 12 okt, Youp: Als hij humor heeft legt hij aan de Russische president uit dat hij in Den Haag zijn auto’s binnen zet zodat die dronken spons ze niet kan beschadigen. En als hij lef heeft vertelt hij ook dat wij onze kinderen niet aan hun haren door een appartement sleuren. Nee, wij zijn veel liever. Bij ons vragen vreemde meneren of de kindertjes zich willen uitkleden voor de webcam. En veel kinderen doen dat graag. De politie kijkt eerst driekwart jaar toe en grijpt dan in.

(4) 18 okt: Bij de lunch zegt een collega van mij tegen een Duitser: “De Vlamingen spreken eigenlijk een raar Nederlands”. Mijn reactie: “Wat denk je over: De Nederlanders spreken een raar Vlaams?”

woensdag 9 oktober 2013

Caol Ila

De laatste avonden waren heel prettig: rustig, geen wind, geen regen, geen vliegtuigen. Een plezierige wandeling met een hard snuffelende hond. Zin in naar de avond te luisteren. Eerst een Limburgs bier pakken en op balkon gaan zitten, in het donker. Lichten door de ramen van de buren, weinig geluiden, een hond bij je voeten, heerlijk! Op een moment een turfachtige rookige geur van whisky. Caol Ila. Andere buur op zijn balkon of misschien de geuren van de herfst? Ik zou niet weten. Heerlijk om te ruiken en te blijven fantaseren!

zondag 6 oktober 2013

Inspirerende mensen

Ja, ik was van plan om over iets anders te schrijven. Maar vanochten heb ik in NRC Weekend een interview met Alex Mulder. Geboren in 1946 in Amsterdam-Oost op Vrolikstraat. Lees ik, een man met ervaring en half miljoen op zijn banrekening. Hieronder enkele citaten uit zijn interview, neem de tijd om te reflecteren:

* Ik hoop dat dat centrum (De Nieuwe Liefde) een bijdrage kan leveren aan het maatschappelijke debat. Ik maak me zorgen over de individualisering van de samenleving. Ik las eens: "Als iedereen aan zichzelf denkt, wordt niemand vergeten". Dat is de politieke realiteit van vandaag: iedereen moet voor zichzelf opkomen. Maar veel zwakkeren kunnen dat hemaal niet.

* Bij ons was de eerste vraag aan een werkzoekende niet: "Wat kan je, wat voor diploma's heb je?" maar: "Wat zou je graag willen?" Als je in mensen investeert, gaan ze niet voor een paar dubbeltjes meer ergens anders naar toe.

* Cabaretier Herman Finkers zei het zo mooi: "Die buitenlanders zijn te lui om te werken en nu komen ze onze banen inpikken." Twee tegenovergestelde beweringen die vaak worden geroepen. In tijden van crisis is voor zulke nare kreten een voedingsbodem. Als we praten over buitenlanders, valt ook snel het woord "tolerantie". Ik tolereer dat jij aanders mag zijn dan ik. Dat is arrogant, toch? Wie ben ik om iets goed te vinden? Gelijkwaardigheid, daarover moet het gaan.

* Ik ben natuurlijk een bepaalde manier van leven gewend. Maar of ik er echt ongelukkig van zou worden? Ik denk het niet. Ik woon in een prachtig kasteel in Belgie. De meeste tijd breng ik door in het torenkamertje, het kleinste kamertje van het huis. Daar ben ik heel gelukkig. In mijn eentje lees ik daar boeken en drink ik een glas wijn. Dat zou in een klein appartement ook kunnen.

dinsdag 1 oktober 2013

Aandacht geven

In de laatste dagen ben ik met een groot dilemma bezig geweest: Wanneer ga je efficiënt een onbekende iemand bellen?

Mijn insteek: eerst aankondigen via een e-mail dat je gaat bellen, eventueel wat voorbereidende informatie doorsturen. De hoop is dat men een beetje doorleest zodat het telefonisch gesprek vlot gaat. Wat je krijgt is te horen dat men zo veel e-mail op zijn boord krijgt, dat lezen niet meer van toepassing is. Dus een andere optie maar: zonder aan te kondigen direct bellen. Wat je krijgt te horen is of “Ja, even kort, ik ga in een vergadering” of je een iemand aan de lijn krijgt die naar jou niet wil luisteren.

Heel moeilijk voor mij: hopen op geluk, maar dat vind ik niet eerlijk voor een medemens.