zondag 19 maart 2017

Introdans. Weer.

Zoals eerder geschreven, was ik echt onder indruk van het eerdere programma van Introdans, Tutti. Daardoor heb ik de groep in de gaten gehouden voor hun nieuwe werken. Hun nieuwe programma, Monumentaal, heb ik afgelopen weekend gezien in Maastricht: "Het tweede programma dat Introdans in het voorjaar van 2017 uitbrengt, is een vierluik van monumentale choreografieën: het meesterlijke Lieder Eines Fahrenden Gesellen, dat geldt als een van Jiří Kylián meest romantische werken, het recente Canto Ostinato en het elektriserende Concerto van de Amerikaanse ‘grand old lady’ Lucinda Childs en Memory of a Shape, een imponerend werk van choreografe Regina van Berkel dat nu voor het eerst in Nederland te zien is."

Door twee stukken ben ik echt onder indruk geweest: Canto Ostinato en Lieder Eines Fahrenden Gesellen.

Canto Ostinato is een van de grote recente successen binnen het Introdans-repertoire. Het is de tweede choreografie die Lucinda Childs, een van de ‘grand old ladies’ van de Amerikaanse moderne dans, speciaal voor het gezelschap maakte, begin 2015. In de voor Childs kenmerkende mathematische – zelf zegt ze: ‘onbuigzame’ – stijl verbeelden twee koppels de gelijknamige repetitieve, hypnotiserende muziek van Simeon ten Holt: het ene moment kalm voortschrijdend, het andere losbarstend in krachtige danssalvo’s.

Dat laatste, "repetitief en hypnotiserend", vond ik zo indrukwekkend in dit stuk. Heel simpel en toch met een grote impact.

In Lieder Eines Fahrenden Gesellen vertaalt Jiří Kylián de gelijknamige compositie van Gustav Mahler in wonderschone dans. Mahler schreef de liederencyclus tussen 1883 en 1885, toen hij als jonge twintiger gekweld werd door liefdesverdriet. In de intieme choreografie volgt Kylián de liederen niet op de voet, maar hij weet in vijf uitzonderlijk geïnspireerde duetten wel de uiteenlopende stemmingen en emoties tot uitdrukking te brengen, van pril geluk en liefdesvreugde tot melancholie, jaloezie en doodsverlangen.

Wat ik in dit stuk heel mooi vond, waren de curves die de lichamen maakten in hun dans. Geen strakke en sterke pasjes, maar juist fragiel en subtiel.

NRC heeft ook een mooie analyse gemaakt over dit programma van Introdans.

maandag 13 maart 2017

Een nieuwe definitie van lente

Als ik op Wikipedia kijk, dan krijg ik de volgende definitie van lente: "De lente of het voorjaar is een van de vier seizoenen. De lente volgt op de winter en wordt gevolgd door de zomer. De lente begint op het noordelijk halfrond (meestal) op 20 maart en eindigt (meestal) op 21 juni. Op het zuidelijk halfrond begint de lente meestal op 22 september. Tijdens de lente worden in de noordelijker streken van het noordelijk halfrond de bomen veel groener en gaan veel planten bloeien; geleidelijk wordt het warmer en wordt de kans op vorst kleiner."

Daarna gaat men op de definitie van astronomische lente: "Het begin en einde van de lente (20 of 21 maart - 20 of 21 juni) is bepaald op basis van een afspraak. Astronomisch gezien begint de lente als de dag en de nacht even lang zijn."

Een meteorologische lente is ook gedefinieerd: "Een van de eerste internationale weerorganisaties onder leiding van de Duitse keurvorst Karl Theodor, de Societas Meteorologica Palatina besloot in 1780 om steeds drie opeenvolgende kalendermaanden als één seizoen te beschouwen. Seizoenen konden zo beter met elkaar vergeleken worden. Sindsdien duurt de meteorologische lente op het noordelijk halfrond van 1 maart tot en met 31 mei. Op het zuidelijk halfrond begint de lente volgens de klimatologische indeling op 1 september en eindigt op 30 november."

Maar ik stel een nieuwe definitie van de lente. De lente begint op het moment dat de vogels beginnen te zingen. Hard. En vroeg in de dag. Dan weet je dat de lente echt begonnen is. Al je nu in het bos loopt, vroeg op de dag, hoor je overal hun mooie zang. Allemaal zijn actief met lawaai maken en partners trekken op te paren. Het is een hele mooie spektakel, waardoor je weet dat de lente begonnen is.  

zaterdag 4 maart 2017

Een das minder

Daar lag hij. Dood. Aangereden door een auto. Een das.

Nee, ik weet niet veel over dassen en, totdat ik in Zuid-Limburg kwam wonen, nooit één vrij in de natuur gezien. Wel in een natuurmuseum en in een dierentuin, maar dat niet telt.

Meerdere keren, vooral 's nachts, kwam ik hen tegen. Meestal waren ze met zijn tweeën. Je schrik je dood als je in een keer twee grote beesten zie rennen, met een grote lawaai van harde nagels op asfalt. De hond werd helemaal gek, maar ik weet helemaal niet wat ik moet doen. Iedere keer was meer uit de weg blijven en beesten hun eigen gang laten gaan. En dat doen ze, ze zijn niet geïnteresseerd in jou of in je hond.

Vanavond toen ik die zag liggen, wilde ik bijna huilen. Hij was uit een familie die waarschijnlijk ergens in de tuin van de overburen leefden, ik heb die meerdere keren daar in de buurt gezien. Gelukkig zijn de anderen nog. Mooie simpathieke beest.