vrijdag 30 december 2016

Mysterie

Tijdens de Kerstperiode vind ik toch leuk om naar de kerk te gaan. Het Kerstconcert en de Kerstmis zijn de hoogste momenten. Op de Kerstavondmis komt het hele dorp samen en de kerk wordt vol. De harmonie en de koor zingen samen en de priester heeft een mooie boodschap. Ik ga zelf voor de rust en voor het gevoel van gemeenschap.

Ik was plezierig verrast door NPO toen ik heb gezien dat ze een "opera" van Herman Finkers gaan uitzenden, een Gregoriaanse hoogmis vanuit de Plechelmusbasiliek te Oldenzaal, "Missa in Mysterium". Herman Finkers is op een of andere manier in staat om een gebeurtenis die voor hem belangrijk is (hier een katholieke hoogmis) zover te brengen dat die een mystieke ervaring wordt voor een lek. De mis zelf is in het Latijns, maar Herman Finkers geeft (off-line) uitleg zodat de kijker wel weet wat er aan de hand is en alles kan volgen. "Voor mensen die elke mis exotisch vinden en er de weg niet goed in vinden, legde Finkers ook af en toe uit wat hij met deze terugkeer van de liturgie naar het theater beoogde. Hij regisseerde een mis als een opera, waarbij elke beweging en opstelling precies gechoreografeerd was en ook de negenhonderd kerkgangers zorgvuldig waren getraind en geregisseerd." (NRC, "Een gregoriaans experiment van cabaretier Herman Finkers prikkelt vooral de open zenuw van de nostalgie", 27 december 2016)

Uiteindelijk hoeft niet alles uitgelegd en inhoudelijk gevolgd te worden, een kerkmis kan ook gezien worden als deel zijn van een mysterie. "Herman Finkers geeft toelichting bij de beelden en gezangen en doet dat op een tijdstip dat kijkers verlangen naar stilte en schoonheid." (NRC)


 

maandag 19 december 2016

Knal! In your face! Deel twee.

Na de Nederlandse Dansdagen wilde ik kijken of een vervolg komt ergens in de buurt. Daarom heb ik gekeken naar de komende dansvoorstellingen en kwam ik tegen Introdans, een gezelschap uit Arnhem, die in Parkstad Limburg Theater in Heerlen zou komen spellen. De voorstelling: TUTTI.

Ik wist een klein beetje over "In Memoriam" van Sidi Larbi Cherkaoui, maar in werkelijkheid was het alsof je onder de drugs stond. Echt in trans van het allereerste minuut, precies zoals in het programma staat: "In dit meditatieve werk - dat een eerbetoon aan zijn voorouders is - verkennen de dansers magnetische en polariserende krachten als zachtheid en agressie, aantrekking en afstoting, met een bedwelmend effect tot gevolg". Vooral de tunnel-scène zet je in een diepe trans.

Het tweede stuk, "Nowhere" van Dimitris Papaioannou, was maar een kort fragment van 6 minuten, maar zoooo intens. De samenwerking tussen het lichaamswerk en de stilte was adembenemend. Beter kan ik het echt niet beschrijven.

Het verschil kon niet groter zijn met het volgende stuk, "Cantata" van Mauro Bigonzetti. Vanaf het eerste moment een kleurig dorpsfeest vol energie. De muziek maakte dat je vanaf je stoel mee wilde doen: "Bigonzetti maakt met dit rauwe, gepassioneerde powerstuk sterk gebruik van de Italiaanse volkscultuur, zoveel muzikaal (met muziek van de Italiaanse vrouwenvolksgroep Assurd) als qua bewegingstaal".

Jammer genoeg voor Heerlen, word je op een winterse nacht, na een fantastische voorstelling, terug gebracht in de kaalheid van de stad. Daar is er zeker werk aan de winkel, het contrast is op dit moment veel te groot. Publiek is er wel (was uitverkocht), maar de stad moet anders met een zo een schat omgaan. 

Voor mij wordt het meteen boeken voor de volgende voorstellingen.      

vrijdag 25 november 2016

Ruiken. Vervolg.

Lang geleden, in een andere post, heb ik een stuk geschreven over onze zintuigen, waaronder het ruiken: 

"Het gras, een paard, de lucht, de hond. Jezelf. Ze hebben allemaal een specifieke geur. Een paard hier of in Verenigde Staten ruikt precies dezelfde. En die geur brengt herinneringen met zich mee.

De geur van een paard. Oom Gheorghe en zijn paard die gecastreerd moest worden. De kinderen konden niet bij, de mannen wel. Hoe oud was mijn vader toen? Misschien net zo oud zoals ik nu. De kinderen konden niet bij die paard, iedereen was bang dat hij niet vriendelijk was.
De geur van vers gemaaide gras. Ik was rond 18 en ik heb een hele zomer geholpen met gras verzamelen voor de winter voor de dieren. Als ik nu langs een veldje met vers gemaaide gras loop, kan ik niet aan iets anders denken.

De geur van een varken of van een schaap. Langs de boerderijen weet ik of binnen varkens, schapen of koeien zich bevinden. Mijn opa heeft zijn hele leven in een varken complex gewerkt en iedere dag nam hij, samen met het donkere brood (ja, die geur kan ik van duizend andere afscheiden), de geuren met zich mee naar huis. Nee, geen fijne geuren. Mijn opa en oma hadden thuis een stuk of tien schapen die ’s winters thuis bleven. Hun geur, en later in de lente de geur van de lammetjes, kan ik nog altijd onderscheiden. De schapen blijven gelukkig overal dezelfde geuren met zich mee dragen en ik kan weer en weer van genieten. 

Naar mijn gevoel gaat ruiken dieper in ons hersens dan zien of horen. Het brengt terug die oude basale herinneringen met zich mee. Altijd dezelfde, maak niet uit waar je bent. Misschien is eigenlijk op het geuren reizen beter dan op het zien reizen. Een hele vakantie door een landschaap vol die geuren. Mijn dierbare geuren. Zou ik graag willen."

Nu heb ik achter gekomen hoe dat eigenlijk gebeurt en dat dankzij een van de colleges van de Universiteit van Nederland "Waar komen onze associaties van geuren vandaan?".

Fysiologisch zit het zo in elkaar: het reukcentrum bevindt zich in ons hersenen dichtbij de amygdala (emotionele centrum) en de hypocampus (opslaat herinneringen). De reuk is dus bij uitsteek een zintuig die vroege herinneringen kan roepen. De geurgeheugen is passief en verdwijnt nooit. Dat is eigenlijk super interessant als je kijkt naar dementerende ouders: ze hebben ook informatie die ze nooit zullen vergeten en ze kunnen zich bij voorbeeld oriënteren met behulp van specifieke geuren. 

De college geeft meer mooie voorbeelden uit de (culturele) geschiedenis en uit de collectieve geheugen ondersteund door de geuren. De conclusie van de college is heel mooi geformuleerd: "Wat ik vandaag ruik is de herinnering van de toekomst." 

maandag 7 november 2016

Flexibilisering van de arbeidsmarkt

Beste heer W,

In het nummer van oktober-november van tijdschrift Chapeau, maakt u in uw column "Mooie tijden" een pleidooi voor extra aandacht voor de mensen "aan de onderzijde van de arbeidsmarkt". U zegt: "En dan zijn er natuurlijk ook nog de doelgroepen aan de onderzijde van de arbeidsmarkt. Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, mensen die met weinig opleiding al langere tijd aan de kant staan, bijvoorbeeld. Dat zijn kwetsbare doelgroepen. Het vraagt van werkgevers solidariteit en de bereidheid om te willen investeren. In die gevallen is werkzaamheid wel degelijk een issue. Gewoon een vast contract en de wetenschap dat je langjarig samen oploopt. Hier ligt een duidelijke taak voor uitzendorganisaties. De verantwoordelijkheid om deze kwetsbare doelgroepen direct vaste banen te geven, ze perspectief en scholing aan te bieden, waardoor ze vruchtbaar ingezet kunnen worden in het arbeidsproces. Immers, er is momenteel werk voor iedereen." Prachtige woorden, echt! CPB heeft, trouwens, ook een rapport gepubliceerd over "De onderkant van de arbeidsmarkt in 2025" (zie CPB en SCP verkennen gezamenlijk toekomst onderkant arbeidsmarkt | CPB.nl)


Daarnaast zegt u: "Werknemers en werkgevers hebben enerzijds behoefte aan flexibiliteit en anderzijds veranderen de omstandigheden rondom die baan zo vaak dat de houdbaar van twee kanten beperkt is." Wat ik denk dat u hier vergeet is de Macro Economische Verkenning van CPB (https://www.cpb.nl/sites/default/files/omnidownload/MEV-2017-Beschouwing.pdf), waarin staat dat Nederland eigenlijk een buitenbeentje is als het gaat om het groeiende aantal flexwerkers. NOS, 22 september 2016: "De toename van het flexcontract is geen internationale trend, dus het is niet iets onvermijdelijks, zegt directeur Laura van Geest van CPB. Het is ook niet iets tijdelijks, of iets dat komt omdat flexwerkers zo dolgraag op een flexcontract werken. Daarmee is onze conclusie dat het komt door beleid." Ook weten we dat alleen 20% van de flexwerkers voorkeur heeft voor deze manier van werken (https://www.tno.nl/nl/over-tno/nieuws/2016/5/bijna-1-op-de-5-flexwerkers-heeft-voorkeur-voor-flexibel-werk/). Veel meer accepteren een flexcontract uit noodzaak. Daarom ben ik met uw bovenstaande zin het niet mee eens, dat wil zeggen: De meeste werknemers hebben geen behoefte aan een flexcontract, de werkgevers wel, maar dat komt door het beleid/geld.

Misschien is het interessant om in een van uw volgende columns deze aspecten naast elkaar te beschouwen: beleid van de overheid en de behoeftes van werknemers en werkgevers. Ik kijk met interesse naar uit.

zondag 9 oktober 2016

Knal! In your face!

Vroeger, in Amsterdam, had ik veel plezier in het gaan naar dansvoorstellingen. Het festival Julidans was een van mijn favorieten, met een mooie mix tussen klassiek en modern. Dangroep Krisztina de Chatel was een van mijn favorieten.

Verhuisd naar het zuiden en met wat gezondheidsproblemen heb ik vergeten over deze kleine pleziertjes. Totdat ik eigenlijk benieuwd werd naar het Theater aan het Vrijthof; hoe ziet eruit, wat voor publiek langs komt, wat voor voorstellingen langs komen. Totdat ik het afgelopen weekend heb besloten om de Nederlandse Dansdagen te bezoeken. Rustig ging ik zitten en, vanaf het eerste moment, een dikke Knal! Direct. In your face!!

Op een choreografie van Crystal Pite danst Nederlands Dans Theater I "The Statement". De Volkskrant: "In he licht van recente ontwikkelingen, is de actualiteit van The Statement waarschijnlijk het meest opvallende aan het nieuwe werk van Crystal Pite. De personages en hun taalgebruik zijn direct gerelateerd aan de huidige tijd. Het stuk is gebaseerd op een script geschreven door Jonathan Young dat door vier dansers wordt uitgedrukt, die een verhitte discussie voeren rondom een conferentietafel, als symbool van een zakelijke omgeving. Controle, morele conflicten, verantwoordelijkheid en het onvermogen om te ontsnappen maken The Statement tot een aangrijpend stuk dat een boeiende dosis realisme biedt."

Ik heb me nooit voorgesteld dat mensen kunnen dansen op een stuk tekst, maar dat is wat hier gebeurt. En, bovenop, is het echt aangrijpend. Ik heb dat ervaren als een knal. Direct. In your face.

Raban, raban, raban...



Tekst van B.H. in DL 5/2016.


Het is vrijdag eind van de middag en ik zit door beperkte beenruimte ineengekrompen op de achterbank van een gezinsauto. Ik staar een beetje afwezig uit het raam, het landschap glijdt voorbij in zomers groen. Vier heren onderweg van Amsterdam naar Maastricht. De radio staat zachtjes aan, een programma over eten, niet erg interessant. Zeker niet als je weet dat het nog een paar uur duurt voordat je zelf aan tafel zit. We zijn op weg naar een roeiwedstrijd. Op weg naar een onbekende vereniging, onbekend water en een onbekend slaapadres. Wat staat ons te wachten? Een avontuur in broekzak formaat. Gelukkig is niet alles wat we tegemoet gaan onbekend, integendeel. Na een kleine twee jaar zullen we als roeiteam onze voormalige coach G. weer ontmoeten.

In het seizoen 2012 – 2013 maakte ik voor het eerst kennis met het wedstrijdroeien. En nu, zoveel jaar verder, besef ik dat ik toen in een soort perfecte storm van het amateur-wedstrijdroeien zat. Alles viel perfect samen: de boot, het team, de stuur, het trainen en vooral ook de coach.

In eerste instantie kwam ik als reserve bij het team, zij hadden al eens een wedstrijd samen geroeid. Het is bij een teamsport zoals roeien niet noodzakelijk dat je als vrienden in de boot zit. Het is natuurlijk wel prettig als er een klik is. Al snel ontwikkelde de gewoonte om na de training op woensdagavond met elkaar te blijven eten en daar bleek het met de klik wel goed te zitten. Zo’n zes individuen met zeer verschillende achtergronden die wonderwel goed bij elkaar pasten. Als team beschikten we over eenzelfde ambitieniveau; drie tot vier keer in de week hard trainen en zien waar ons dat in een wedstrijd zou brengen.

G. diende zich aan als onze coach, hoe precies is met nu niet meer helemaal duidelijk, maar hij was er. G. is een markante verschijning; zwart-donkere lokken haar boven een tanig gezicht. Een soepel en afgetraind, tenger postuur. Gesprekken gaan op een bedachtzame toon, maar laaien af en toe fel op als hij zich ergens druk over maakt of het ergens niet mee eens is. Op zo’n moment schijnt er iets van zijn zuid Europese achtergrond door.

G. besloot bij de KNRB een officiële roeicoach opleiding te gaan volgen en wij werden geadopteerd als zijn studieobject. Vanaf dat moment gaat het er serieus aan toe. G. is een zeer gedreven coach, bij hem geen half werk, hij leest alles wat los en vast zit en waar hij zijn hand op kan leggen. Met een academische precisie worden fouten geanalyseerd en schema’s opgesteld. E-mails met instructies en analyses worden vaak afgesloten met een ‘say of the day’ zoals: ‘Only the best teams can paddle.’ Als ik nu teruglees wat aan ons werd gestuurd geloof ik mijn ogen niet. Filmpjes van onze trainingen werden in frames opgeknipt en in een file verwerkt waarbij met lijnen aangegeven werd wie recht zat en wie niet of we tegelijk inpikten en wie er te laat draait met zijn blad. Ook tijdens de ergometer training werden wij gecoacht, verslappen was er niet bij. Nauwkeurig werden ieders vorderingen en prestaties bijgehouden.  In dromen veranderde het vertrouwde blauwe W3 roeiblad met het witte wybertje in een rood wit blauwe bondsblad. Deze aanpak had ook wel een keerzijde, wij waren immers niet op weg naar Rio of een WK, maar naar de Head of the river in het heren senioren D veld, waarin we met de beste van de wereld geen potten zouden kunnen breken. Daarvoor is de concurrentie te heftig en onze achterstand in roeitechniek te groot. Niet iedereen kon dan ook de fanatieke topsportbenadering evenveel waarderen. Als ik voor mezelf spreek, denk ik niet dat ik ooit een betere conditie had dan dat seizoen en mij beviel het wel als afleiding bij het bureauwerk dat ik deed.

Maar aan alles komt een einde, behalve aan een rookworst want die heeft er twee zoals mijn opa zei. G. wilde graag betaald als coach aan de slag en dat bleek nog niet eenvoudig. Binnen ons team zorgde het voor wrijving en dat doet een team nooit goed. En toen opeens in de zomer van 2014 was echt alles ineens voorbij, de perfecte storm ging liggen. Via, via hoorden wij dat G. een voor ons onverwachte wending aan zijn werk had gegeven. Hij verhuisde naar zuid Zuid-Limburg om daar les te gaan geven bij een hbo opleiding. Dan na een klein jaar een donderslag bij heldere hemel, G. blijkt ziek, ernstig ziek. Zelf zegt hij erover dat zijn gezondheid een beetje gebrekkig is, maar dat zou zelfs voor een Engelsman teveel understatement zijn.

Tijdens het eten op de clubavond borrelt bij het team het idee op om G. een keer op te zoeken in Limburg en om te proberen dit te combineren met een roeiwedstrijd. G. is meteen enthousiast voor ons plan en komt zelf met een roeiwedstrijd op de proppen. Op 11 juni wordt er bij de Maastrichtse Watersport Vereniging een Roei Ontmoeting met Wedstrijdkarakter (ROW) geroeid, vergelijkbaar met onze eigen Onderlinge Wedstrijden. G. zal ons sturen en coachen en wij zullen roeien. De ontmoeting op vrijdagavond voelt als een hereniging. Onze voormalige coach ziet er goed uit na alles wat hij heeft doorstaan, de lange donkere lokken zijn verdwenen en vervangen voor een gemillimeterd kapsel.

Zoals een vos misschien wel zijn haren, maar niet zijn streken verliest, zo verliest onze coach misschien wel zijn haren, maar niet zijn coachinstinct. Al snel wordt zaterdag duidelijk dat G. ook deze clubwedstrijd  uiterst serieus neemt. Tactiek en aandachtspunten worden doorgenomen, commando’s gedecideerd en duidelijk uitgesproken. Eenmaal op het water tijdens de wedstrijd is het alsof de tijd heeft stilgestaan. G. zweept ons op tot grotere prestaties en zo winnen wij onze heat. Onderdeel van de ROW is ook een individuele 1.000 meter op de ergo. Wij besluiten dit met zijn vieren tegelijk te doen en ook dan zien we weer de oude vertrouwde G. terug. Met een scherpe blik en luide stem worden wij gewezen op onze haal: ‘achter af maken’, ‘sterk zitten’. Niets ontgaat hem en oh wat is het jammer dat we dit niet meer bij W3 hebben. Als afmaker winnen we de prijs voor beste ploeg van buiten de vereniging.

We zagen elkaar een tijd niet en in die tijd veranderde er veel toch bleek er gelukkig ook een heleboel niet veranderd te zijn. G. was nog steeds G., nog steeds onze coach al was het maar voor een dag."

woensdag 21 september 2016

Roeien en jongleren

Roeien en jongleren: twee verschillende disciplines, zou je zeggen. Maar ik zie dat niet zo, integendeel, jongleren kan het roeien versterken. Hoe dat eigenlijk?

Eerste keer ben ik in contact gekomen met jongleren toen ik in het boek "Gebruik je hersens" van Jan-Willem van den Brandhof heb ik gelezen dat je jongleren kan gebruiken als ontspanning en tegelijkertijd voor het actief houden van je complete hersenen. Dat idee met de hersenen heb ik later gehoord in een college van Erik Scherder.

Wat doet jongleren eigenlijk? Na enkele weken zelf leren jongleren kan ik zeggen dat jongleren een hele goede oefening is met kleine fijne motoriek en met coördinatie. De bewegingen zijn subtiel en moeten fijn controleerbaar zijn. Ook moeten de linker en rechter hand goed gecoördineerd zijn, anders geen succes. Ook de biceps spieren kunnen gebruikt worden en daarom sterker worden.

Wat heeft dat te maken met roeien? In het boek "Master rudern" van Fritsch & Nolte heb ik enige tijd geleden gelezen dat, als je ouder wordt, de coördinatie minder en minder wordt. Daarvoor moet je via oefeningen compenseren. Ook heeft roeien te maken met hele subtiele kleine bewegingen. Jongleren biedt goede oplossingen.

Zeker nu in de winter kan jongleren meegenomen worden in de oefeningen naast bij voorbeeld de krachttraining. Ik beheers één oefening en ik ben bezig met de tweede; de winter is lang.

zondag 28 augustus 2016

Uit de muur


"Uit de muur": een bekend concept in Nederland, toch? De allerbekendste is natuurlijk de Febo-muur, met zijn kroketten en frikandellen.



















Daarnaast zijn de fruitautomaten erg populair.



België gaat toch een stap verder in de innovatie met de automaten. In de Belgische dorpen zijn de broodautomaten heel populair, ondanks daar de bakker ook op zondag geopend is.

Drietal betrapt bij inbraak in broodautomaat

Wat ik voor de eerste keer heb gezien deze zomer waren een kaarsenautomaat in een kerk en een wasautomaat op een supermarkt parkeerplaats. Als dat niet innovatief is!!



woensdag 3 augustus 2016

Vijlen 1000 jaar

Het bergdorp Vijlen bestaat dit jaar 1000 jaar en dat is groot gevierd het hele jaar lang. Onder anderen wordt een nieuw stuk bos aangeplant (het Millennium Bos) en wordt een speciaal bier gemaakt (Hèllige Hèndrik).

Een ander evenement is het Millennium Concert eind juli. De klassieke popband Reïncarnatus is de hoofdgast, maar hun concert is aangekondigd in samenwerking met de Harmonie St Martinus, het Zangkoor St Gregorius, de Schutterij Sint Joseph en de verteller Hans Geerkens.

Nou, bij het lezen van de affiche dacht ik aan een gewoon concert, met veel lawaai en bier, waar muziek bijzaak is. Ik wilde toch naartoe gaan om het dorp te vieren. Daarom ben ik wat later van huis vertrokken en daar aangekomen met de eerste muziek klanken. Stomverbaasd werd ik toen ik tegen een massa mensen keurig op de stoelen ging kijken. Op het podium de popband en het koor, daarvoor de harmonie en de schutterij, met de verhalenverteller tussenin. Geen lawaai en geen rivieren bier te zien. Er kwamen mooie verhalen over het verleden van het dorp (ik heb niet alles begrepen, dit dialect is mij een beetje te moeilijk) als een inleiding voor verschillende stukjes muziek: klassiek, pop, rock.

Ik was echt plezierig verbaasd om te kijken naar een concert met veel goede smaak en waar leek alsof het hele dorp ernaar is gekomen. Prachtig!!

zaterdag 16 juli 2016

Goed nieuws

"Ik heb goed nieuws." Zo is mijn gesprek met mijn arts vandaag begonnen. "Ik zie niets op de PET, ik zie niets op de CT. Dat betekent dat je schoon bent." Inderdaad goed nieuws. Ik kan nog verder naar voren kijken. Ik ben al stiekem begonnen, maar dat ter zijde. Wat gaat nog gebeuren? Ik blijf lief voor mijn lichaam en ik blijf naar luisteren. Over drie maanden controleert de arts de bloedwaarden en mijn lichaam opnieuw. Geen bericht van mij de komende periode is goed bericht dus :-)

Nog een keer hartelijk dank voor jullie ondersteuning van afgelopen tijd!!!

Groeten uit Zuid-Limburg.

ROW - Weer met een Willem III t-shirt aan

Intro: ROW is een driekampenwedstrijd in Maastricht. 1km Roeien, 250m sprinten en vervolgens een 2km ergometerrace. G.T. ontving in ‘zijn’ Limburg zijn oude WIII-ploeggenoten.

Regen, veel regen in de week voor de driekampenwedstrijd. Lopend op de Sint Servaasbrug in Maastricht op een maandagmiddag staat het waterpeil hoog en neemt de Maas, komend vanuit Frankrijk, veel water mee. Ik denk aan de volgende uitslag: 250 meter in 30 minuten; 1 kilometer in 1 minuut. In het weekend van de wedstrijd blijkt het waterpeil gelukkig laag genoeg zodat de ROW-wedstrijd door kan gaan.

Bijna twee jaar gelden verhuisde ik naar Zuid Limburg en nu is mijn voormalige Willem III-ploeg op (roei)bezoek. Mijn gezondheid was een beetje gebrekkig tot voor kort en de wedstrijd in het Zuiden leek iedereen een mooie gelegenheid elkaar weer eens te zien. Ik zal meedoen als stuurman van de mannen die ik in Amsterdam coachte.

Het is bijzonder plezierig om de mannen weer te zien – alle verhalen over kinderen, verhuizingen, roeiwedstrijden en Willem III. De patronen die in het passieve geheugen zijn opgeslagen (opwarmen, commando’s, aanmoedigen, afkoelen) komen bij de race als een reflex waar niet naar gezocht hoeft te worden naar boven. Ba, Mi, Ma, Bt en ik hebben na lange tijd weer een wedstrijd samen en: niet zonder succes. Na alle correcties – overal zijn correctiefactoren van toepassing: leeftijd, gewicht, geslacht, type boot – wordt Mark 15de ‘overall’ en gaan wij met de cup voor ‘Beste buitenlandse ploeg’ naar huis. Hier wordt iedereen van buiten Limburg ‘buitenlander’ genoemd.
De wedstrijddag werd afgesloten met een barbecue en (uiteraard in Limburg!) dans. En mannen, volgend jaar hebben we een titel te verdedigen! Winnen brengt verantwoordelijkheid met zich mee.

Het blik is nog niet te bewonderen in de kast bij Willem III, maar dat zal binnenkort wel het geval zijn.

woensdag 8 juni 2016

Schrikvrij

Stel je voor: je wandelt op een gewone avond, je wilt niezen, maar je kan dat niet volledig doen. Iets in je kaak doet pijn. Je begint te voelen wat er kan zijn en je ontdekt iets rond die pijn doet.

Dat is meteen alarm: niet zo lang geleden was een klier het eerste signaal van activiteit. Op maandag ochtend meteen de dokter gebeld en, omdat ik die dag bij toeval naar het ziekenhuis moest, kon ik meteen met haar praten. Inderdaad, heb ik haar het hele verhaal verteld en door haar laten controleren; volledig, ook op andere gevaarlijke plekken. Resultaat: een speekselklier die inderdaad een beetje gezwollen was. De bevrijdende woorden: Niets aan de hand, geen zorg!

Met schrikvrij en met een lekkere vlaai, gelukkig terug naar huis.


zaterdag 4 juni 2016

In de waar

Wanneer is het begonnen? Misschien gisteren avond wanneer ik heb gehoord dat een voormalige collega toch geen vast contract heeft gekregen, ondanks twee keer mondelinge toezegging? Of toch misschien vanmiddag met het speciale bier ter gelegenheid van het 1000 jarige bestaan van ons dorp?

Het is hoe dan ook duidelijk dat ik in de waar ben, ik begrijp het niet meer zo goed. Op radio een jonge ondernemer roept hard "Geen vakantie in de bijstand, eerst solliciteren!" In NRC twee 50-plussers die na meer dan 200 brieven nog steeds geen baan hebben; kansloos verplicht solliciteren. Beloofde voor een baan en daarna toch op straat liggen. Leugens, respectloos gedrag. Wanneer leren ze om eindelijk de mensen te respecteren? Ik weet het niet. Gebeurt het met mij net zo, nu na een lange ziekte periode, dat iedereen een etiket op mijn voorhoofd plakt en ga ik kansloos op zoek naar werk bij een school? Wanneer ben je eigenlijk voor jouw hele leven goed genoeg op de arbeidsmarkt, bestaat het een recept? Is dan nog steeds jouw fout dat je niet succesvol bent? Wat is er mis me met het willen van een zeker bestaan? Mag ik geen recht hebben op het kopen van een huis?

Misschien is het goed als ik eigenlijk de krant dicht doe en de radio uit. Gewoon op pad gaan en met mensen praten. Niet gek laten maken door de buitenwereld, maar praktisch kijken wat de wereld voor jou kan betekenen. Direct. Nu.

Ik ben in de waar, ik weet het even niet.

dinsdag 24 mei 2016

Integreren

4 mei, de Dodenherdenking. Ondanks ik niet echt sterk ben, wil ik toch graag naar V. om de ceremoniën bij te wonen. Dus maar met de bus dit keer. Heel fijn geweest, met een boodschap van de burgemeester, muziek van de harmonie en een poëzie van kinderen.

Op de weg terug raak ik aan de praat de buschauffeur. Hij vertelt over hoe mooi in het Heuvelland is, ook als je kijkt naar de mooie gele velden van lijnzaad. Hij gaat verder en verteld dat hij prachtige velden lavendel heeft gezien in Italië, hectaren groot.

Hij vraagt of ik ooit bij Mondo Verde in Landgraaf ben geweest. Ik dacht dat gewoon een attractiepark is voor kinderen. Maar nee, hij is ook voor volwassenen, met verschillende wereldtuinen. Terug thuis heb ik voor de eerste keer op hun webpagina gekeken en ik vind het wel interessant voor een bezoek deze zomer.

Enkele weken daarna liep ik met de hond en ik zie een buschauffeur naar mij toe zwaaien. Het was mijn "grote vriend" van 4 mei, hij herkende mij. Heel blij meld ik dat aan mijn vriend uit Amsterdam, over mij geslaagde integratie in Zuid-Limburg (als een buschauffeur naar jou toe vrolijk zwaait, dan ben je goed geïntegreerd!!). Natuurlijk is hij blij voor mij.

Na nog enkele dagen komt een sms van hem: "Ik ben ook geïntegreerd in Amsterdam; iemand heeft mij uitgescholden omdat ik op de fiets voor een rode stoplicht stond te wachten!" Ik dacht tegelijkertijd aan het zwaaien met de middelvinger... ook signaal van bij horen.

donderdag 21 april 2016

Choreograaf voor een uur

Afgelopen dagen heb ik zeker last gehad van mijn buik. Een dat is best moeilijk te verwerken.

Op een avond was die pijn wat sterker dan normaal en mee ging ik slapen. Ergens in de nacht, richting de ochtend, begint mijn droom. Ik was de choreograaf was een moderne dansgezelschap. Het thema van die dans was bondactivisme, vechten voor rechten. Dit idee heb ik vertaald in dans met veel sterke/violente bewegingen en botsingen tussen de dansers. Op ene moment werd ik stil en analyseer ik in half-wakker-toestand mijn "costuum". De dekken die strak boven mij laag vond ik de goede vertaling van een lange pelerine.

Eind van de nacht, ergens tegen 6 uur, werd ik wakker. Pijn overal, maar vooral in de buik. Ik was fysiek een beetje uitgeput, maar ik had een heel groot glimlach op mijn gezicht. Later, echt wakker dan, vond ik het zo bijzonder dat mijn hersenen in staat waren om mijn fysieke pijn te koppelen aan een coherent droom.

maandag 11 april 2016

Zeezicht, zeemeerminnen en cocktails

Hoe de eerste week samengevat kan worden: zeezicht, sirenes en cocktails.

Zeezicht: een zee van gebouwen voor mijn ogen. We zitten tussenin, aan een kant kijk je naar een grijs gebouw 10 meter verder, aan de andere kant is de zicht op St. Pietersberg. Bij mij is tussenin, met wat groen, maar ook wat gebouwen.

Zeemeerminnen: iedereen is hier heel aardig, je wordt heel goed verzorgd. 

Cocktails: vandaag was de laatste chemo, de afgelopen 6 dagen ben ik continu aan de lijn gezeten, met twee keer per dag chemo en zo. Gelukkig ben ik tot nu toe nog steeds Zonder kater eruit gekomen. Morgen krijg ik een "lekkere" Bloody Mary met mijn eigen stamcellen.

Het is niet zo dat mijn "vakantie" zonder gevaar verder loopt. De stamcellen nemen enkele dagen de tijd om de weg via het bloed naar de beenmerg te vinden, daar zich te nestelen en bloedcellen te beginnen te produceren. Ze zeggen dat een diep mogelijk is rond dag 4-5, dus ergens eind van de volgende week.

Dat is de planning voorlopig, ik hoop in staat te blijven om verder uit te zenden uit Maastricht.

donderdag 24 maart 2016

Stijf

Ja, eindelijk, ze zijn in de koelkast. Of beter gezegd in de vriezer. En hier praat ik over de stamcellen. Het is wel gelukt om ze in een keer te verzamelen, maar niet zonder avontuur.

Na de allerlaatste chemokuur (én de bijbehorende chemobuik) ben ik begonnen met spuiten zodat het lichaam gestimuleerd werd om stamcellen te produceren. Vanaf donderdag, iedere ochtend, twee spuitjes onder de huid. Niets aan de hand, vrolijk op zaterdag in Maastricht geweest. Zondag ochtend wakker geworden met een lichte pijn in mijn onderrug, maar dat kon net zo goed zijn van verkeerd slapen. Tegen de lunch... pijn, pijn, pijn. Zoals geadviseerd, paracetamol innemen en dat pilletje doet inderdaad wonder. Tegen de avond de pijn terug gekomen, maar ik dacht: Na de wandeling neem ik nog een paracetamol en ik ga slapen. Dus ga ik wandelen met F., een beetje pijn, maar deze wandeling was ook niet bedoeld als een lange. Heuveltje omhoog en keren naar huis. Maar terug? Geen stap meer kunnen doen. Ik zat echt muurvast. Alles deed pijn: onderrug, bekken, bovenbenen.

Wat te doen? Iemand bellen? N. had haar telefoon uit. Buren? Toch aan mijn sportervaring denken: "Presteren komt van ontspanning". Dat heb ik ook gedaan: rechtop staan, ontspannen en, met hele kleine stapjes, heuveltje naar beneden. Enkele keren hard geschreeuwd en gevloekt en stap voor stap blijven bewegen. Die hond deed ook wonder: hij was zo onder de indruk dat ik hem nooit zo langzaam naast mij heb zien lopen; geen snuffelen en trekken, nee, naast mij braaf blijven lopen. Zo zijn we langzamerhand terug gekomen. F. heeft thuis brokjes gekregen en een dikke knuffel. Na een paracetamol kon ik als een kind slapen.

Maandagochtend bloedprikken en, met de boodschap dat na verwachting alles in een keer te verzamelen is, de hele dag op een stoel zitten voor afarese. Het is geen pret om met een invoerlijn in een arm en met de andere uitvoerlijn in de andere arm te liggen, maar ook geen straf; beter dan verwacht van mijn kant. Het is ook mooi dat het in een keer gelukt is en niet in meerdere dagen. Waarschijnlijk was de pijn ook goed voor iets dit keer.

Nu ben ik aan afwachten voor een gesprek over de praktische volgende stappen.

zondag 20 maart 2016

Mond van de Roer

Nee, ik wist het niet, excuus, maar nu met het "onderzoek" voor dit bericht, weet ik het wel: het is verschil tussen Ruhr en Roer. Hoe ben ik achter gekomen?

Ergens in 2014 heb ik voor de eerste keer een middag een wandeling gemaakt door Roermond. Het was een beetje rond de schandaal met de burgemeester Jos van Rey. Ik heb verwacht dat de stad een lelijke stad is, zoals vaak gebeurt met de steden die slachtoffer zijn van corruptieschandeladen. Wat ik heb toen gevonden was een rustige en schone stad met heel veel bloemen. Een eerste grote verassing.

Afgelopen winter ben ik nog twee keren langs geweest, met vrienden afspreken. Ik dacht: mijn vrienden (allebei Eindhovenaren), zijn hier half uur verder uit hun stad nooit geweest, ik zal de gids zijn. Maar nee, T. is eigenwijs een zoekt meteen de lokale VVV op de markt. Ze adviseren een Monumenten route-wandeling. Dat zie ook zonder die wandeling, toch? Nee hoor, met zo een stukje papier in hand kijk je anders naar dezelfde gebouwen. Wat zie je dan? Mooie herenhuizen, seminaria, gebouwen van de Bisdom van Roermond, gebouwen van Cuypers en, verder in het centrum, enkele echt prachtige Jeugendstil-gebouwen. Wel een must is de lokale bibliotheek, heel chique, warm en met een prachtige kleine tentoonstelling over de geschiedenis van de stad.

Tijdens de wandeling loop je op het Maasboulevard langs de haven, daar waarin de Roer stroomt in de Maas. En hier was mijn verwarring: ik dacht dat Roer de Nederlands spelling van de Duitse Ruhr is. Maar dat is dus niet zo, ze zijn twee verschillende rivieren. Roer begint in de Belgische Hoge Venen en stroomt 165 km verder in de Maas. Ruhr begint in de Duitse Winterberg in het Sauerland en stroomt 217 km verder in de Rijn.

Ga dus naar Roermond niet alleen voor het Outlet Centrum, maar ga vooral een van een zeer mooie stad te genieten. Het is moeite waard hier, aan de mond van de Roer.  



 

Moustache

Toen ik ziek was in het ziekenhuis in Heerlen had ik geen zin om me te scheren en de baard groeide hard. Terug naar huis deed alles pijn en me met een scheermes me scheren was te veel; ik heb besloten om een elektrische scheerapparaat te kopen. Ik was snel tevreden om dat apparaat niet helemaal perfect haar werk doet, maar als je iedere dag je scheert en geen perfectie verwacht, werkt het best goed. Vooral de details is het niet in staat op te lossen.

Op een van de afgelopen ochtenden sta ik op, ga ik douchen en me scheren en ga op de fiets naar Vaals naar de apotheek. In de vaart van de fiets voel ik iets vreemd rond de mond, probeer dat af te vegen, maar zonder resultaat. Het voelt vreemd, alsof de wind in een keer sneller rond die plek waait. Wat moet er zijn? Terug naar huis kijk ik in de spiegel en zie ik, na goed kijken, twee sprietjes haar in mijn moustache die achter zijn gebleven na scheren. Mijn scheerapparaat deed haar werk goed, maar niet in alle details.

Op dat moment begreep ik heel goed hoe belangrijk die lange haartjes zijn voor mijn hond. Hij "ziet" met zijn neus en dus ook met zijn haartjes beter dan met zijn ogen. De wind en geurtjes vertellen hem een compleet breed verhaal. Voor een ochtend kon ik me een nep-"hondje" voelen.   

maandag 22 februari 2016

Chemobuik

Ben een beetje achter gebleven met het vermelden van mijn "avonturen". Een dik week geleden is mijn tweede grote kuur geweest. Weer de hele dag onder infuus met volle liters chemische stoffen. Het ging ook dit keer goed, alleen blijf je een week met een dikke "chemobuik" rondlopen. Ja, het voelt als een dikke buik die "hangt". Maar goed, ook dat is voorbij. Nog een keer te gaan met deze type behandeling.

Voor de rest is de uitslag van de eerste CT-scan geweest. Ze hebben een klier op de nek gemeten en hebben een andere onder de oksel niet gezien; grappig!! Goed nieuws is dat ze geen vergrote klieren bij de longen waar hebben genomen (de boosdoeners vorige jaar). Deze eerste afmetingen vergelijken ze straks met een nieuw CT-scan. Als de klieren kleiner zijn geworden (en dat weet ik al, het is te voelen op de nek en onder de oksel), dan gaan ze verder met de voorbereidingen voor de stamceltransplantatie.

Voor dat stamceltransplantatie moet ik me vooral in mijn hoofd goed voorbereiden. Het is niet alleen fysiek zwaar, maar ik moet straks ook ongeveer een maand in het ziekenhuis blijven... Tot die tijd de eerste stappen: stamcellen groeien, stamcellen afname en chemotherapie in hoge dosis. Pas daarna de transplantatie en herstel. Voor de nieuwsgierige tussen jullie, hiermee een link: http://centraal.mumc.nl/sites/central/files/23966-0113_autologe_stamcel-_of_beenmergtransplantatie_a5_klapper_vb4_16-5_2347941_6.pdf

Wat al dit gedoe met zich meebrengt is, volgens verwachtingen, complete genezing. En dat is goed. Er zijn ook mindere effecten, bij voorbeeld het ouder worden van een lichaam in een rap tempo. Dat hoop ik straks te kunnen compenseren met gezond goed eten en goed bewegen. Hiermee een artikel over een Maastrichtse studie: http://mosastudie.mumc.nl/sites/mosastudie/files/artikel_hematon_mosa_studie_nov_2015.pdf
Een duidelijke tijdlijn heb ik op dit moment niet, bij het volgende bezoek hoor ik waarschijnlijk iets meer. En jullie van mij. Tot die tijd blijf ik vrolijk mijn eigen dingen gewoon doen.

maandag 8 februari 2016

Flexwerk is echt werk

Geachte heer,

Sinds anderhalf jaar, nadat ik ben komen wonen in Limburg, lees ik met plezier Chapeau Magazine. In het laatste nummer staan meerdere verhalen over familiebedrijven, waaronder uw bedrijf. Daarin zegt u heel mooi: "Het mooie van ons familiebedrijf is de Rijnlandse insteek. [...] Daarbij zijn onze medewerkers van onschatbare waarde. Natuurlijk zijn wij de oprichters en aandeelhouders, maar al onze medewerkers horen bij onze familie. Zonder hen zijn we nergens. Wij zijn gewoon één grote familie."

Verder in uw column "Flexwerk is echt werkt" zet u twee belangrijke stellingen neer:

* "Waar het feitelijk om draait, is dat veel flexwerk ontstaat. Dat is wel echt werk, vergis u niet." Inderdaad is flexwerk echt werk, niemand betaalt de werknemers voor minder waardig werk.
* "Er is niets mis met flexwerk. Flexkrachten werken op basis van een reguliere arbeidsovereenkomst en binnen de kaders van goede arbeidsvoorwaarden. Het zijn gewaardeerde en gerespecteerde werknemers." Hier heb ik moeite ermee en ik spreek van eigen ervaring en niet over "een vriend van mij". U hebt meer dan ik gehoord over constructies zoals Contracting of Payrolling. Als je in dezelfde organisatie een deel van de mensen in dienst hebt die met tijdelijke contracten werken (nota bene: bij een eigen parallelle contracting-organisatie), zodat je voor een substantieel deel van je de medewerkers (ongeveer 20%) geen CAO-overeenkomsten hoeft te respecteren, dat noem ik respectloos naar die mensen toe. Als je zieke mensen op straat zet zonder te kijken wat ze wel nog steeds kunnen, dat noem ik weer respectloos. Ik neem aan dat niemand zijn zieke "familie" op straat zet. Ik heb dus moeite met u formuleringen "goede arbeidsvoorwaarden" en "gerespecteerde werknemers".

Concluderend, ik ben blij dat uw organisatie de werknemers als een familie ziet, maar ik denk dat er een duidelijke nuancering nodig is in uw column; de vele voorbeelden van de afgelopen jaren hebben duidelijk laten zien dat veel organisaties hun werknemers misbruiken, speciaal wanneer sprake is van flexwerkers.

dinsdag 26 januari 2016

Eten én bewegen

Dat het bewegen goed is voor de cognitie en gezondheid van je hersens, wist ik al een tijd. Bij Universiteit van Nederland is mooi verteld in een college "Waarom zouden ouderen waker moeten hardlopen?"

Uit de Wetenschappelijke katern van NRC van afgelopen weekeinde heb ik nog meer geleerd: "Om je spieren te houden moet je eten én bewegen. Alles draait om eten én bewegen. Ook als je ziek of oud bent." Het materiaal is gebaseerd op het onderzoek van Spierfysioloog Luc van Loon (nota bene van Maastricht UMC+). Wat zegt Van Loon:

* Voeding bepaalt voor een groot deel wat het lichaam doet, maar het hangt af van iemands lichamelijke inspanning hoe dat uitwerkt.
* Bewegen is juist essentieel voor mensen die ziek zijn. Het verbetert behalve hun spierkracht ook hun basale stofwisseling. Uiteindelijk herstellen patiënten sneller. Ik denk dat mensen zouden moeten trainen voordat zij een operatie ondergaan. Kankerpatiënten zouden baat hebben bij extra trainingen voorafgaand of tijdens een chemokuur.
* Bewegen maakt dat het lichaam de voedingstoffen ook benut.

Als ik terug denk aan de afgelopen maanden en hoe goed mijn lichaam de zware (chemische) belastingen heeft doorgestaan, denk ik dat dit ook te danken is aan de constante inspanning: wandelen en fietsen zijn niet voor niets geweest. Als ik nu op de Stappenteller kijk, zie ik dat die 10000 stappen per dag al gauw een kilometer of 200 per maand worden. Dat moet straks weer helpen met de komende (chemische) belastingen.

F., kom maar! We gaan!

woensdag 20 januari 2016

Weer aan de bak

Nee, vanavond geen lange wandeling met de hond, ondanks een hele mooie halve maan. Ik heb niet zo veel zin in. Het is zo dat die klier nog steeds kanker had en daarom was hij gezwollen. En omdat die plek vrij was na de operatie, is nog een andere "wakker" geworden. Dat betekent vanaf vrijdag een nieuwe serie chemotherapie (3 keer R-GDP), samen met stamceltransplantatie. Wat dat precies met zich mee brengt, weet ik niet zo goed. Alles op zijn tijd.

Nee, ik ben niet vrolijk, maar lig ook niet wakker van: de kanker is niet weggeweest en dat klinkt beter dan "is teruggekomen".